• Home
  • Over ons
  • Modules
  • Basiskennis
  • Lichaamsdelen
  • Interventieradiologie
  • Inschrijven
  • Favorieten
    Nederlands
  • English
  • Nederlands
  • Module

    Ioniserende Straling

    Praktische informatie over ioniserende straling bij rontgen en CT onderzoeken.

    Ioniserende Straling
    Radiology Expert
    Toevoegen aan favorieten

    Nadelige effecten van straling

    Er wordt onderscheid gemaakt tussen twee schadelijke effecten:

    1. Deterministische effecten; de waarschijnlijkheid en de ernst van de effecten zijn afhankelijk van de dosis. Vanaf een bepaalde drempeldosis is het lichaam niet meer in staat de straling geïnduceerde celschade te herstellen, denk bijv. aan rode huid bij langdurige röntgendoorlichting. Onder de drempeldosis treedt er geen effect op en boven de drempeldosis neemt met de stralingsdosis de ernst van het effect toe.
      Het betreft de effecten op korte termijn na een hoge stralingsdosis.
    2. Stochastische (kansgebonden) effecten; de waarschijnlijkheid van het optreden van effecten is afhankelijk van de dosis. Hoe hoger de blootstelling hoe hoger de kans dat het effect optreedt. Er is geen drempeldosis.
      Het betreft de mogelijke effecten op lange termijn na blootstelling aan een lage dosis. Alle straling waaraan iemand wordt blootgesteld in zijn/haar leven wordt bij elkaar opgeteld. Dit is te vergelijken met het concept van het aantal packyears bij rokers.

    Het grootste risico  van straling is het ontstaan van kanker.
    Er is veel bekend over de effecten van acute hoge doseringen straling (kanker, rode huid, haaruitval etc.) Denk met name aan de onderzoeken gerelateerd aan de atoombomexplosies in Hiroshima & Nagasaki in Japan.
    Helaas is er echter nog veel onduidelijkheid over de lange termijn risico’s bij blootstelling aan lage dosis straling. Naast de omgevingsfactoren die van invloed zijn duurt het ook tientallen jaren voordat het kanker zich zal ontwikkelen (lange incubatietijd) Het komt er dus op neer dat het moeilijk is de ‘spontaan’ ontstane tumoren te onderscheiden van tumoren die ontstaan t.g.v. blootstelling aan lage dosis straling. 

    Het IRCP schat de kans op het optreden van door straling geïnduceerde kanker bij lage doses en een laag dosistempo op 5,5% per Sv. 
    Dat is dus 0,0055% per mSv (1 Sv = 1000 mSv).

    Ter referentie enkele gegevens:

    • De gemiddelde dosis voor CT onderzoeken varieert tussen de  2 – 20 mSv.
    • Algemeen ‘basis risico’ +- 1 op de  6 vrouwen ontwikkeld ergens in haar leven borstkanker (= 16,7%).
    • Het overlijdensrisico t.g.v. roken is  0,005 % per 100 sigaretten. Je zou dus kunnen zeggen dat het risico van 1 sigaret ongeveer gelijk staat aan 0,01 mSv. Wanneer iemand 2000 sigaretten per jaar rookt (= circa 2 pakjes/week) zal de persoon ‘omgerekend’ per jaar aan 20 mSv worden blootgesteld. 

    Met het oog op de onzekere lange termijn effecten van straling zijn er in Nederland enkele regels opgesteld:

    • Dosislimiet lid bevolking: 1 mSv per jaar (boven de natuurlijke achtergrondstraling).
    • Dosislimiet terreingrens ziekenhuis: < 0,1 mSv per jaar
    • Dosislimiet radiologisch werker: 20 mSv per jaar (rekensom: 30 werkjaren = 600 mSv = 0,6 Sv).

    NB er is geen officieel dosislimiet opgesteld voor straling bij medische diagnostiek (radiologie en nucleaire geneeskunde) en medische behandeling (interventieradiologie, radiotherapie en nucleaire geneeskunde).

    Belangrijke risico beroepen zijn piloten (kosmische straling), interventieradiologen/interventiecardiologen en beroepen in industriële toepassingen zoals isotopenproductie. Door middel van persoonsdosimeters (fig. 1) wordt informatie verkregen over de beroepsmatige blootstelling aan ioniserende straling. Dit wordt vervolgens vastgelegd in het Nationaal Dosis Registratie en Informatie Systeem (NDRIS).

    Kinderen 

    Kinderen zijn gevoeliger voor straling in vergelijking met volwassenen. Dit komt omdat bij kinderen er veel delende cellen zijn. Op deze manier kunnen er relatief vaker fouten en/of veranderingen optreden in het DNA, waardoor uiteindelijk kanker kan ontstaan. Daarnaast heeft een kind meer tijd om kanker te ontwikkelen (lange incubatietijd!) in vergelijking met iemand van bijvoorbeeld 70 jaar oud.
    Een juiste indicatiestelling is van essentieel belang om de stralingsbelasting van het kind zo laag mogelijk te houden. Bij elk röntgen/CT onderzoek moet nagedacht worden of de vraagstelling niet beantwoord kan worden middels een beeldvormende techniek zonder ioniserende straling (zoals echografie of MRI).

    Nieuwsgierig?

    Leer alles over Ioniserende Straling

    Koop een losse module voor €2,50 of alle modules voor €25 per jaar.
    Literatuur: bronnen en auteur

    Text & Illustrations

    drs. A. van der Plas, MSK radiologist Maastricht UMC+
     
    Sources:

    • United Nations Scientific Committee on the Effects of Atomic Radiation. Sources and effects of ionizing radiation (2008)
    • Bethesda. MD. Ionizing radiation exposure of the population of the United States. National Council on Radiation Protection and Measurements. 2009,  NCRP No. 160.
    • Padole A, Ali Khawaja RD et al. CT Radiation Dose and Iterative Reconstruction Techniques. AJR Am J Roentgenol. (2015)
    • Mettler FA Jr, Huda W et al. Effective doses in radiology and diagnostic nuclear medicine: a catalog. Radiology (2008)
    • Brenner DJ, Elliston CD et al. Estimated Risks of Radiation-Induced Fatal Cancer from Pediatric CT. AJR Am J Roentgenol. (2001)
    • M. Prokop; Spiral and Multislice Computed Tomography of the body (2003)
    • Ghiassi-nejadd M, Mortazavi SM et al. Very high background radiation areas of Ramsar Iran: preliminary biological studies. Health Phys. (2002)
    • RIVM – Dossier Stralingsbelasting in Nederland.
    • Rehani MM. Am Confused About the Cancer Risks Associated With CT: How Can We Summarize What Is Currently Known? AJR Am J Roentgenol. (2015)
    • Kleinman PL, Strauss KJ et al. Patient Size Measured on CT Images as a Function of Age at a Tertiary Care Children’s Hospital. AJR Am J Roentgenol. (2010)
    • Gezondheidsraad. Risico’s van blootstelling aan ioniserende straling. Den Haag: Gezondheidsraad, 2007 (publicatienr. 2007/03)
    • Aliyu AS, Ramli AT. The world’s high background natural radiation areas (HBNRAs) revisited: A broad overview of the dosimetric, epidemiological and radiobiological issues. Radiation Measurements (2015)
    • Gordic S, Morsbach F et al. Ultralow-dose chest computed tomography for pulmonary nodule detection: first performance evaluation of single energy scanning with spectral shaping. Invest Radiol. (2014)
    • Kleiverda G, van Tienhoven G. Bestraling tijdens de zwangerschap: denk nooit nooit. Ned Tijdschr Oncol (2007)
    • Berlin SC, Weinert DM et al. Successful Dose Reduction Using Reduced Tube Voltage With Hybrid Iterative Reconstruction in Pediatric Abdominal CT. AJR Am J Roentgenol. (2015)
    • Mahesh M. NCRP Report Number 160: its significance to medical imaging. J Am Coll Radiol. (2009)
    • Bethesda, Md. Ionizing radiation exposure of the population of the United States. National Council on Radiation Protection and Measurements (2009)
    • Cira-Bielac O, Rehani MM et al. Risk for radiation-induced cataract for staff in interventional cardiology: is there reason for concern? Catheter Cardiovasc Interv. (2010)
    • Rajabi AB, Noohi F et al. Ionizing Radiation-Induced Cataract in Interventional Cardiology Staff. Res Cardiovasc Med. (2015)

    23/08/2015

    (All the work (text, illustrations, visual elements) seen on this website is copyright by Radiology Expert.
    It may not be used without written permission of Radiology Expert).